Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

Gepubliceerd op 21-07-2020

excuseer

betekenis & definitie

sorry, pardon, neem me niet kwalijk

Toen mijn zus in 1971 aan de Katholieke Universiteit van Leuven voor apotheker ging studeren, maakte ze de naam van de partij tot haar persoonlijke, excuseer, collectieve leuze. Ieder weekend kwam ze thuis en hield ze aan tafel een referaat over de klassestrijd.
(Kristien Hemmerechts, Notities bij een reis naar Vietnam)
Wil je een kop ovomaltine?’ vraagt Hervé. ‘Excuseer?’ ‘Ovomaltine. Neem maar een kop, ze blijft nog wel even weg.’
(Jolien Janzing, Grammatica van een obsessie)

Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gangbaarheid: 4
Vlaamsheid: 3

< >