Synoniem van liefhebben

Gezegde(s):
• genegen zijn
• vallen op
• verlangen naar
• houden van
• ingenomen zijn
• iemand een goed hart toedragen
• zijn hart verpand hebben aan
• een zwak voor iets hebben

Spreekwoord(en):
• wie veel heeft liefgehad, zal veel vergeven worden (Luc 7:47)
• er is een tijd om te beminnen en een tijd om te haten, een tijd voor oorlog en een tijd voor vrede (Pr 3:8)
• amantes amentes (= verliefden zijn van hun verstand beroofd)
• wie van zichzelf houdt, heeft geen rivaal

Het welgevallen vinden in eene persoon, dat het uitvloeisel is van overweging van het verstand of van aandoening der zinnen, of wel van beide. Minnen en lieven zijn meer dichterlijke uitdruk¬kingen, liefhebben dat in de taal van het dagelijksch leven de gewone uit-drukking is voor de beide voorgaande en voor beminnen, drukt in hoogeren stijl soms een andere soort van genegenheid uit dan beminnen; terwijl bij beminnen de zinnelijke liefde verbonden is met overweging van het ver¬stand, wordt bij liefhebben minder aan de zinnelijke liefde gedacht. Dikwijls echter duidt beminnen alleen aan het liefde koesteren voor iemand en laat in het midden welke de beweegreden is. Heb uw naasten lief als u zelven, bemin uwe medemenschen. Wel hem, die ’t vaderland meer dan zich zelf bemint. Uw liefhebbende Vader. Houden van is eene gemeenzame uitdrukking om te kennen te geven, dat men iemand gaarne ziet of iets gaarne doet of laat, maar heeft ook de beteekenis van liefhebben; het is echter zwakker van kracht. Ik houd van hem, d. i. ik mag hem wel lijden. Niet van visch houden. Over gehecht zijn en verknocht zijn zie men Aankleven.

liefhebben - onregelmatig werkwoord
uitspraak: lief-heb-ben

1. iets of iemand lief of mooi vinden
♢ zij hadden elkander lief

Onregelmatig werkwoord: lief-heb-ben
ik heb lief (... ik liefheb)
jij/u heeft lief (... jij liefheeft)
hij/zij heeft lief (... hij liefheeft)
wij/zij/jullie hebben lief (... wij liefhebben)
ik/jij/u/hij/zij had lief (... ik liefhad)
wij/zij/jullie hadden lief (... wij liefhadden)
hij hebben liefgehad
liefhebbend, liefhebbende

Synoniemen
beminnen, houden

Tegenstellingen
haten