Synoniem van ham

ham - vlees van dij, bil, lende of voorpoot van een varken. In België zegt men vaak hesp. De schouderham is afkomstig van een voorpoot, de kinnebaksham van de kinnebak van het varken. De blaasham komt van de lende en is bereid in een blaas. De achterpoten leveren de achterham.

Zie: vlees.

ham - zelfstandig naamwoord

1. stuk vlees van bil of schouder van varken
♢ de Franse slager had een paar hammen in zijn winkel hangen
2. plakje van de bil of schouder van een varken
♢ wil jij ook ham op je brood?

Zelfstandig naamwoord: ham
de ham
de hammen
het hammetje