gezegd van iets dat iemand smartelijk, lastig is, evenals een scherpe, puntige doorn in ons vlees voortdurend smart veroorzaakt. De uitdr. is ontleend aan 2 Cor. 12:7: „En opdat ik mij door de uitnemendheid der openbaringen niet zou verheffen, zo is mij gegeven een scherpe doorn in het vlees, (namelijk) een engel des Satans, dat hij mij met vuisten slaan zou, op dat ik mij niet zou verheffen”.
Fr. c’est une épine au pied; Eng. a thorn in the flesh, in one’s side.