Sport en beweging

Margreet Weide (2006)

Gepubliceerd op 09-12-2022

Doping

betekenis & definitie

Het toedienen van prestatieverhogende middelen of het gebruik van prestatieverhogende methoden die de sportprestaties oneerlijk beïnvloeden, o.a.

a. anabole middelen: middelen met een weefselopbouwende werking, zoals:
- androgene anabole steroïden: spierversterkers, afgeleid van het mannelijke hormoon testosteron, zoals stanazolon, nandrolon en THG of tetrahydrogestrinone (dat zo ontworpen is dat het niet waar te nemen is bij normale dopingtesten);
- androsteendion: stof in voedingssupplementen die de aanmaak van nandrolon stimuleert;
- β2-agonisten: een groep stoffen die met elkaar gemeen hebben dat ze inwerken op het autonome zenuwstelsel, met als gevolg dat de luchtwegen ruimer worden, de spiermassa toeneemt en de vetmassa afgebroken wordt, zoals clenbuterol;
b. anaesthetica: verdovende middelen (lokale anaesthetica hebben een plaatselijke werking);
c. (β-blokkers (bètablokkers): geneesmiddelen die de bloeddruk verlagen en hartritmestoornissen onderdrukken, meestal gebruikt vanwege het kalmerende effect;
d. diuretica: vochtafdrijvers; plaspillen; worden gebruikt om het lichaamsgewicht te verlagen;
e. EPO: erytropoëtine; middel dat het aantal rode bloedcellen verhoogt en daarmee het zuurstoftransport verbetert;
f. NESP: Novel Erytropeïsis Stimulation Protein; opvolger van EPO; een middel dat de aanmaak van rode bloedcellen stimuleert, oorspronkelijk ontwikkeld voor patiënten met ernstige bloedarmoede;
g. glucocorticosteroïden: ontstekingsremmers;
h. narcotische analgetica: geneesmiddelen met een verdovend en pijnstillend effect, zoals morfine, heroïne en methadon;
i. stimulantia: pepmiddelen, zoals amfetaminen, cocaïne, coffeïne en efedrine (een stimulerend middel dat van nature voorkomt in de plant ephedra en gebruikt wordt door sporters om vermoeidheidsverschijnselen te onderdrukken en een aantal lichaamsprocessen te stimuleren waardoor het lichaam meer energie verbrandt en gewichtsverlies het gevolg is);
j. bloeddoping: toediening van bloed, rode bloedcellen en/of verwante bloedproducten voor een betere zuurstoftransport;
k. HemAssist en oxyglobine: middelen met hemoglobinemoleculen waardoor sporters extra zuurstoftransport krijgen;
l. RSR-13: zuurstofbooster; geneesmiddel om plaatselijke zuurstoftekorten in het lichaam op te heffen, door duursporters gebruikt om beter te presteren vanwege betere zuurstofafgifte in de weefsels;
m. gendoping: het inbrengen van genetisch materiaal in lichaamscellen, om de sporter te verbouwen.

< >