Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

takkebak, takkelijer

betekenis & definitie

(Bargoens) slecht, onaangenaam of vervelend mens. Het voorvoegsel takkeis afgeleid van tak in de verbinding een tak(je) van een beroerte, een volkse verbastering van het Franse attaque.

Een populaire verwensing is: ze kan de takken krijgen (de blaadjes komen er vanzelf aan): ze kan voor mijn part doodvallen! Met -lijer als tweede lid worden talrijke samenstellingen gevormd, het bekendste wellicht klerelijer (of: kolerelijer).Zijn vrouw komt van het platteland, zo’n takkebak uit een dorp waar de politie nog op varkens rijdt. (Aktueel, 18/04/1991)