(Antwerpen) onnozele vrouw.
Seppetrees: onnozel-de-doos-in. Een vrouw die van de prins geen kwaad weet, die eigenlijk een beetje simpel is, of zich onnozel houdt, een vrouw die al verdrinkt voor ze water heeft gezien. Ook een vrouw die alles erg traag doet. (Jack de Graef, Het Antwerps Dialect van dezekestijd tot in de 21e eeuw, 1999)