Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

knieper(d)

betekenis & definitie

(gewestelijk) vrek, gierigaard. Knieperig of knijperig betekent ‘gierig’ maar ook ‘kleinzielig’.

Nee verkopen, als ze je geld vragen voor de stad, is in Deventer taboe. Dan ben je een knieperd. (de Volkskrant, 05/02/1994)

Zij en haar man werden als ‘kniepers’ beschouwd. Deze correspondente wijt de fixatie op baar geld aan de armoede die eeuwenlang in Twente heerste, waardoor er zonder gemeenschappelijke financiële inspanning geen feestje van de grond kwam. (Trouw, 02/11/2002)

< >