Willem Steelink sr geb. Amsterdam 30 april 1826, overl. Amsterdam 3 augustus 1913.
Leerling van J. P. Lange en van de Rijksakademie in de hoofdstad (18401849) o.l.v. J. W. Pieneman (schilderen), raadgevingen van J. A. Kruseman en van A. B. B. Taurel (graveren). In 1857 werd hij lid van ‘Arti et Amicitiae’ te Amsterdam. Gaf les aan A. G. Steelink, aan zijn zoon W. Steelink jr, dr J. P. ter Maten.
Graveur, etser, tekenaar en een enkele maal schilderde hij. Hoofdzakelijk etser en graveur naar het werk van tijdgenoten. Bekend illustrator.
Tentoonstellingen Amsterdam 1850-1868 en Haarlem: diverse gravures, w.o. portretten; een kinderportret en een figuurstukje. Museum Willet-Holthuysen Amsterdam: interieur uit het begin der 17de eeuw; binnenhuis (beide gekleurde tekeningen). Gemeentearchief Amsterdam: de Herengracht te Amsterdam (aquarel). Museum Fodor Amsterdam: de vaderlijke raadgeving (tekening in O.I. inkt naar G. ter Borch).
Luns; Plasschaert; Scheen; Thieme-Becker; Waller.