Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek (1985)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Weersverwachtingstechniek

betekenis & definitie

v. (-en), methode tot het samenstellen van een prognose voor het weer in een komende periode.

(e) De weersverwachtingstechniek is afhankelijk van de voorspelbaarheid van weersystemen en dus direct afhankelijk van de levensduur van bepaalde weersituaties. In het algemeen geldt dat de levensduur en daarmee de voorspelbaarheid van een weersysteem afneemt met zijn grootte. De samenhang tussen grootte en levensduur van weersystemen dient als uitgangspunt voor een indeling in verwachtingstermijnen. De

zeer korte termijnverwachtingen (veelal aangeduid met de term nowcasting), zijn gebaseerd op een zeer gedetailleerde kennis van de situatie op een bepaald moment. Deze kennis verkrijgt men b.v. door buien met behulp van opeenvolgende weerkaarten te volgen en hun gedrag eventueel te extrapoleren. Daarbij kan men dan ook nog beelden van weerradar en weersatellieten gebruiken. In de VS probeert men de tweede-generatiebuien te voorspellen, dat zijn de buien die ontstaan uit de wisselwerking tussen ‘eerste-generatiebuien’, d.w.z. de buien die er op dat moment zijn. Met deze technieken kan men een voorspelling geven over een termijn van ca. zes uur, voor langere perioden moet men grotere weersystemen bekijken. De verwachtingen van ca. zes uur tot twee dagen vooruit zijn gebaseerd op een mengeling van computerberekeningen en een menselijke interpretatie daarvan.

Het resultaat is b.v. dat men wel weet, dat er buien gaan vallen, maar niet precies waar en hoe laat. Voor meer dan twee dagen vooruit kan de mens weinig of niets meer aan de computerberekeningen toevoegen. Om berekeningen voor de middellange termijn (tot tien dagen vooruit) uit te voeren, werken 17 landen samen in het Europese Centrum voor Middellange Termijn Weersverwachtingen (ECMWF), dat in Reading (Groot-Brittannië) is gevestigd.

Hoe verder men vooruitrekent, des te groter is het gebied, dat men in ogenschouw moet nemen. Voor de middellange termijn is dat de hele wereld. Met behulp van waarnemingen afkomstig van velerlei bronnen construeert men een uitgangstoestand van het weer, waarna men tot 240 uur stapsgewijs vooruit rekent. Daarvoor zijn supercomputers nodig, die vele tientallen miljoenen berekeningen per seconde kunnen uitvoeren. Vertaling in weer van de zo berekende stromingspatronen vereist speciale (computer)technieken. De MOS (Model Output Statistics)-methode is daarbij het meest in zwang. Uit vergelijkingen met vroegere voorspellingen kan men op statistische wijze bepalen wat het meest waarschijnlijke weer is dat bij het betreffende patroon hoort.

Na ongeveer vier dagen neemt de betrouwbaarheid van de verwachtingen snel af. Depressies zijn dan vaak aan het einde van hun levenscyclus gekomen en het berekenen van plaats en tijd waarop nieuwe depressies ontstaan, geeft nog grote problemen. Voor de termijn na tien dagen is nog bijzonder weinig vooruitgang geboekt. Algemeen wordt aangenomen, dat er wel gedwongen processen kunnen optreden (b.v. door abnormaal warm of koud zeewater over een groot gebied), die invloed uitoefenen op de vorm van het stromingspatroon van de atmosfeer. Zoals de buien in de middellange termijn als ruis gegenereerd kunnen worden (men kan hooguit zeggen, dat de omstandigheden voor hun ontstaan gunstig zijn), zo kan voor de lange termijn misschien iets gezegd worden over depressies. Van een deterministische voorspelling van hogedrukgebieden en depressies voor een termijn van meer dan 14 dagen vooruit is echter geen sprake en juist die bepalen het weer.