Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek (1985)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Weersatelliet

betekenis & definitie

m. (-en), kunstmaan uitgerust met instrumenten voor het verrichten van waarnemingen van de aardatmosfeer.

(e) Weersatellieten nemen een steeds belangrijker plaats in de meteorologie in, en hun ontwikkeling gaat gestaag voort. Er is een wereldomvattend systeem van weersatellieten opgezet met als doel een voortdurende en zo goed mogelijke observatie van de aardatmosfeer. Het systeem bestaat uit vijf geostationaire en ten minste twee polaire satellieten. De VS leveren de grootste bijdrage nl. twee geostationaire en twee polaire satellieten.

De geostationaire satelliet van de USSR was eind 1984 nog niet gereed. De plaats ervan werd tijdelijk ingenomen door een nationale meteorologische satelliet van India.

De Amerikaanse geostationaire satellieten dragen de naam GOES (Geostationary Operational Environmental Satellite). Zij maken opnamen bij golflengten in het zichtbare licht en in het infrarood. De opnamen worden in de regel om het half uur gemaakt, maar het tijdsinterval kan teruggebracht worden tot 3 minuten voor detailopnamen van kleine gebieden. Sinds 1980 worden met de GOES satellieten ook stralingsmetingen gedaan waaruit het verticale temperatuurverloop in de atmosfeer kan worden berekend.

Het Europese meteorologische satellietprogramma wordt verzorgd door de European Space Agency (ESA). Nadat met de experimentele Meteosat 1 en 2 (1977—84) uitstekende resultaten waren bereikt, werd op 24.5.1984 te Genève het Eumetsat-verdrag ondertekend voor een operationeel satellietprogramma tot 1995, dat voorziet in de lancering van drie geostationaire satellieten (in 1987, 1988 en 1990). Tevens wordt in 1986 nog een Meteosat van het oorspronkelijke type gelanceerd.

De Meteosat-satellieten hebben drie functies:

1. opnamen maken bij zichtbaar licht en infrarood met een scheidend vermogen van resp. 2,5 km en 5 km en waarneming van de waterdamp in de atmosfeer;
2. uitzending van de beelden naar het centrale grondstation, terugontvangst van door het grondstation bewerkte beelden en heruitzending daarvan naar ontvangststations op aarde;
3. inzameling van gegevens van onbemande waarnemingsposten (op land, op boeien in zee, aan boord van schepen en vliegtuigen).

Geostationaire weersatellieten hebben het voordeel dat ze regelmatig opnamen kunnen maken van hetzelfde gebied en derhalve de weersontwikkelingen in dit gebied continu kunnen observeren. Het gebied reikt echter niet verder dan van ca.

60°Nbr. tot 60°Zbr. Zij leveren wolkenopnamen, temperaturen en hoogten van wolkentoppen, wolkenbewegingen (waaruit richting en snelheid van luchtstromingen kunnen worden afgeleid), verdeling van waterdamp in de hogere luchtlagen, temperaturen van het zeeoppervlak en andere klimaatgegevens.

De VS leveren de twee polaire satellieten van het wereldsysteem. Zij zetten daarvoor NOAA-satellieten (type Tiros-N) in. De satellieten beschrijven banen die loodrecht op elkaar staan op ca. 800 km boven de aarde. Van elk gebied op aarde worden viermaal per etmaal opnamen gemaakt met tussenpozen van 6 uur. De opnamen worden gemaakt in zichtbaar en infrarood licht met een scheidend vermogen van ruim 1 km. Vooral door het grotere scheidend vermogen en de verscheidenheid van golflengten in het infrarood- en microgolfgebied is de bruikbaarheid van de opnamen sterk verbeterd. Een tweede belangrijke functie van de NOAA-satellieten is het verrichten van stralingsmetingen bij zodanige golflengten dat daaruit o.m. het verticale temperatuurverloop en waterdampprofielen in de atmosfeer kunnen worden bepaald.

Ook de USSR heeft continu enkele polaire weersatellieten in functie. Ze zijn van het type Meteor en verrichten ongeveer dezelfde waarnemingen als de NOAA-satellieten.

Naast de hier beschreven operationele weersatellieten worden speciale satellieten gebruikt voor experimenteel onderzoek (o.a. de Nimbus van de VS). Daarin wordt apparatuur beproefd voor de meting van o.a. neerslaghoeveelheid, sneeuwbedekking, vochtigheid van de grond, luchtverontreiniging, bliksem, windkracht en golfhoogte op zee.

De satellietopnamen geven de meteoroloog een belangrijk nauwkeuriger beeld van de actuele weersituatie en maken daardoor betere weersverwachtingen en waarschuwingen voor de korte termijn mogelijk (12-24 uur). De stralingsmetingen (met het daaruit afgeleide verticale temperatuurverloop in de atmosfeer) verschaffen belangrijke gegevens voor de computerberekening van het weersverloop op middellange termijn (2-5 dagen).