Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Muntmisdrijven

betekenis & definitie

Muntmisdrijven. - Hij die muntspeciën of muntpapier namaakt of vervalscht met het oogmerk om deze als echt of onvervalscht uit te geven of te doen uitgeven, wordt, als schuldig aan valsche munt, gestr. met gev. van t. h. 9 j. (art. 208 Sr.). — Hij die opzettelijk als echte en onvervalschte muntspeciën of muntpapier uitgeeft muntspeciën of muntpapier waarvan de valschheid of vervalsching hem, toen hij ze ontving, bekend was, of deze, met het oogmerk om ze als echt en onvervalscht uit te geven of te doen uitgeven, in voorraad heeft of binnen het Rijk in Europa invoert, wordt gestr. m. gev. van t. h. 9 j. (art. 209 Sr.).

Hij die muntspeciën in waarde vermindert met het oogmerk om ze aldus in waarde verminderd uit te geven of te doen uitgeven wordt, als schuldig aan muntschennis, gestr. m. gev. van t. h. 8j. (art. 210 Sr.).— Hij die opzettelijk als ongeschonden uitgeeft muntspeciën waarvan de schennis hem, toen hij ze ontving bekend was of deze met het oogmerk om ze als ongeschonden uit te geven of te doen uitgeven in voorraad heeft of binnen het Rijk in Europa invoert, wordt gestr. m. gev. van t. h. 8 j. (art. 211 Sr.).

Indien een der in de artt. 208—211 omschreven misdrijven ten opzichte van buitenl. muntspeciën of buitenl. muntpapier wordt gepleegd, wordt het maximum der gevangenisstr. met 2 j. verminderd (art. 212 Sr.). — Hij, die opzettelijk valsche, vervalschte of geschonden muntspeciën of valsch of vervalscht muntpapier weder uitgeeft nadat de valschheid, vervalsching of schennis hem is bekend geworden, wordt gestr. met gev. van t. h. 3 maanden of geldboete van t. h. f 300 (art. 313 Sr.).