Munitie, - in het algemeen rekent men hiertoe alles, wat behoort tot de ladingen der vuurwapenen; dus de patronen, de geweergranaten, de kardoezen, de tot gebruik gereedgemaakte projectielen, de kanonproppen, welke bij eenige vuurmonden dienen tot opsluiting van de lading bij losse schoten, de klossen, die bij het voorlaadgeschut in gebruik waren om het ronde projectiel op de juiste plaats in den vuurmond te krijgen, alsmede de vuurwerken, die, hoewel niet bestemd om uit vuurwapenen te worden voortgeschoten, toch moeten dienen om vijanden buiten gevecht te stellen: handgranaten, springbussen, de vroegere stormzakken en trapgranaten. Brand- en lichtprojectielen, ook al worden zij uit vuurwapenen voortgeschoten, worden in den regel niet tot de munitiën gerekend, doch tot de emstvuurwerken, daar zij niet rechtstreeks dienen tot het buiten gevecht stellen der vijanden. De m. wordt te velde gedeeltelijk door den man zelf medegevoerd: patronen, hand- en geweergranaten; gedeeltelijk in voertuigen: caissons, munitiewagens, die in de onmiddellijke nabijheid der strijdende troepen blijven; de aanvulling geschiedt uit de verschillende munitietreinen.
In den stelling- en vestingoorlog wordt de m. geborgen in munitiemagazijnen. De m. wordt voor het grootste gedeelte aangemaakt in de Rijks-munitiefabrieken (zie ARTILLERIE-INRICHTINGEN); in den afgeloopen oorlog is evenwel gebleken, dat ter voorziening in de ontzaglijke behoefte aan munitie ook de particuliere nijverheid krachtdadig aan de munitieaanmaak moet medewerken; dit heeft o. a. een grooten invloed gehad op de samenstelling van de oorlogsmunitie: ten einde de aanmaak in het groot door de particuliere nijverheid mogelijk te maken, moest men af zien van de zeer samengestelde granaatkartetsen en brisantgranaatkartetsen, doch moest men een zeer eenvoudige brisantgranaat (noodprojectiel) invoeren.
