Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-01-2019

Falb (rudolf)

betekenis & definitie

Falb (rudolf) - bekend Duitsch weerkundige, geb. 1838 te Obdach (Stiermarken), overl. in Schöneberg (bij Berlijn) 1903, studeerde te Graz in de theologie, werd tot priester gewijd, bekleedde eenigen tijd een geestelijke bediening, werd later onderwijzer, studeerde te Praag nog in wis-, natuur- en sterrekunde, te Weenen geologie, en ging in 1872 tot het Protestantisme over. Van 1877-80 deed hij ten behoeve zijner natuurwetenschappelijke studiën een reis door Amerika, en vestigde zich in 1887 te Leipzig, later te Berlijn. Aangaande zijn aardbeving-theorie, zie AARDBEVING; omtrent zijn kritieke dagen, zie ald. Hij schreef o. a. Grundzüge zur Theorie der Erdbeben und Vulkanausbrüche (1870); Von den Umwälzungen im Weltall (1881); Das Wetter und der Mond (1892); Ueber Erdbeben (1895); Kritische Tage, Sintflut und Eiszeit (1895) en sinds 1891 jaarlijks een „Kalender der kritischen Tage”

< >