(nam weg, heeft weggenomen),
1. van zijn plaats nemen: neem die krant eens weg;
2. zich toeëigenen, stelen: iemands pen wegnemen;
3. doen verdwijnen: citroensap neemt inktvlekken weg; tenietdoen, opheffen: dit neemt niet weg, dat ..., het blijft een feit, dat ....