Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Verzet, (verzetten)

betekenis & definitie

o.,

verpozing, uitspanning: tot verzet, wat wandelen; het verzetten, verplaatsen; (textiel) verandering van de stand van de naalden in een breimachine; het bieden van weerstand: het heimelijk en openlijk verzet, tegen de bezettende macht, zij die zich verzetten: in koloniale gebieden leidde het verzet, veelal tot de vorming van onafhankelijke staten; (recht) rechtsmiddel tegen een uitspraak van een rechtsprekende instantie; afwerende reactie: zijn gevoel komt daartegen in verzet,;

versnelling van een fiets, uitgedrukt in de tandverhouding (bij race-en sportfietsen): een verzet, van 48 : 24, 48 tanden op het kamrad en 24 op het rondsel.

GESC
HIEDENIS

Tijdens de Tweede Wereldoorlog is in Nederland nauwelijks sprake geweest van massaal openlijk verzet. Kwam het daar incidenteel wel toe, zoals tijdens de Februaristaking en de April-Mei-stakingen (Meistaking), dan werd het door het Duitse optreden binnen enkele dagen de kop ingedrukt. Een uitzondering vormde de spoorwegstaking, die niet gebroken kon worden. Meestal beperkte het openlijk verzet zich echter tot acties in kleiner verband, gericht op specifieke doelen: de acties aan de universiteiten tegen het ontslag van joodse hoogleraren, van de leiding der kerken tegen de aantasting van de verzuilde structuur van het Ned. maatschappelijk bestel, van de medische stand tegen de oprichting van de Artsenkamer e.d. Veel omvangrijker was het ondergrondse verzet, dat in het geheim werd georganiseerd, door de betrokkenen onder een valse naam werd uitgevoerd, in groepsverband werd gepleegd en door de Grote Adviescommissie der Illegaliteit was erkend. Als verzetstrijders worden meestal niet diegenen beschouwd die zich pas na dol!e dinsdag (5.9.1944) bij het verzet aansloten.

Tot de eerste vormen van verzet behoorden het schrijven, drukken en verspreiden van illegale lectuur (illegale pers, verzetslitteratuur). De onderduikers verkregen hulp van de Landelijke Organisatie (LO); deze organisatie telde in 1945 ca. 15000 medewerkers, die de zorg voor 200000—300000 onderduikers hadden. Om ten behoeve van de onderduikers persoonsbewijzen en distributiekaarten in handen te krijgen, werkte de LO nauw samen met vervalsingsorganisaties.

Het gewapend verzet werd vooral gepleegd door de knokploegen, sinds 1944 verenigd in de Landelijke Knokploegen (LKP), de in 1941 opgerichte politiek-rechtse Ordedienst (OD) en de (overwegend linkse) Raad van Verzet (RVV). Op dolle dinsdag kwam een samenbundeling van LKP, OD en RVV tot stand in de Binnenlandse Strijdkrachten (BS), die onder bevel van prins Bernhard werden gesteld.

Van betekenis was daarnaast het werk van het Nationaal Steunfonds, dat het verzet vrijwel geheel financierde.

Voor België: zie weerstand.

De verzetsbeweging in de rest van West-Europa verbreidde illegale kranten, hielp onderduikers (met rantsoenkaarten en vervalste identiteitskaarten), hielp de geallieerde spionagediensten aan inlichtingen, pleegde aanslagen en overvallen en bediende geheime zenders. In Frankrijk en Italië kwam het tot partisanenstrijd, een verschijnsel dat in Joegoslavië, Polen en de USSR zelfs veel omvangrijker was. Zowel in Oost-als in West-Europa werd het verzet sterk gestimuleerd door de sinds 1942 uitgevoerde Duitse razzia’s ten behoeve van de ‘Arbeitseinsatz’ (tewerkstelling in de Duitse oorlogsindustrie).

LITT. J.Bolhuis (red.), Onderdrukking en verzet (4 dln. 1947—55); H.W.Sandberg, Witboek GAC (1950); Het grote gebod. Gedenkboek LO en LKP (2 dln. 1951); E.Werkman, Ik neem het niet! (1965); H.M.van Randwijk, In de schaduw van gisteren (1967); M.R.D.Foot, Resistance. An analysis of European resistance to nazism 1940—45 (1976); L.Marcus en B.de Graaff, Een onderzoek naar de sociale achtergrond en de rol van vrouwen in het verzet (1980).

RECHT

Aanvankelijk kon in Nederland tegen ieder verstekvonnis verzet worden aangetekend. Op deze manier kon één bepaalde zaak echter een zeer groot aantal procedures ten gevolge hebben. Door de Bezuinigingswet 1935 is het rechtsmiddel verzet sterk ingeperkt: het kan niet worden ingesteld tegen een vonnis of arrest, in hoger beroep gewezen; het is uitgesloten in de gevallen dat men nog in hoger beroep kan gaan; het kan bijna alleen worden ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter, waarbij hechtenis of een geldboete van meer dan f 10 is opgelegd of tegen een vonnis van de rechtbank, waarin iemand voor bepaalde overtredingen als bedelarij, landloperij en souteneurschap is veroordeeld of waarin iemand een geldboete, maatregel of hechtenisstraf is opgelegd voor bepaalde overtredingen uit de Wet Economische Delicten of de Belastingwet. Na het instellen van verzet vindt een geheel nieuwe behandeling van deze zaak plaats, bij dezelfde rechter die het oude vonnis wees. Evenals bij hoger beroep wordt de zaak zowel wat betreft de feitelijke als wat betreft de juridische kanten opnieuw bekeken. Hierdoor kan ook de tenlastelegging worden gewijzigd.

De termijn waarbinnen verzet kan worden ingesteld is 14 dagen. Deze begint echter niet eerder te lopen, dan nadat zich een omstandigheid heeft voorgedaan, waaruit voortvloeit, dat het vonnis aan de verdachte bekend is. Men stelt verzet in door het afleggen van een verklaring bij de griffie van het gerecht waar het vonnis is gewezen; verzet schorst de uitvoerbaarheid van de uitspraak, tenzij het voorlopig uitvoerbaar is verklaard (uitvoerbaarheid bij voorraad).

Wie in een vonnis heeft berust, kan niet meer in verzet komen.

Tegen beschikkingen op verzoekschrift is alleen verzet mogelijk als de wet dit uitdrukkelijk heeft toegelaten ten aanzien van bepaalde categorieën beschikkingen. In strafzaken kan de verdachte tegen een bij verstek in eerste aanleg gewezen eindvonnis verzet doen, indien hij daarbij niet van de gehele telastlegging is vrijgesproken, noch daaraan geheel of gedeeltelijk heeft voldaan.

Voor verzet door derden: derdenverzet.

In België kan in burgerlijke zaken tegen ieder verstekvonnis verzet worden gedaan, onverminderd de bij de wet bepaalde uitzonderingen. Het verzet wordt betekend bij gerechtsdeurwaardersexploot, dat dagvaarding inhoudt om te verschijnen voor de rechter die het verstekvonnis heeft gewezen. De akte van verzet bevat, op straffe van nietigheid, de middelen van de eiser in verzet. De termijn van verzet is één maand te rekenen van de betekening van het vonnis. Wanneer de eiser in verzet een tweede maal verstek laat gaan, is een nieuw verzet niet meer ontvankelijk.

< >