Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Veilig

betekenis & definitie

bn. en bw. (-er, -st),

1. vrij van gevaar: die weg is niet iets veilig opbergen; in veilige haven komen, behouden aankomen; ook fig.;
2. verzekerd tegen aantasting: niets is voor hem veilig;
3. beschermd tegen gevaar: (van signalen enz.) aanduidend dat er geen gevaar is: het sein staat op veilig; gerust: je kunt dat veilig doen.