Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Uitgangstransformator

betekenis & definitie

m. (-s, -en), (ook: aanpassingstrafo), transformator die de laatste schakel vormt tussen een elektronisch apparaat (versterker, radiotoestel, e.d.) en de luidspreker die hierop aangesloten wordt.

De uitgangstransformator dient om een betere energie-overdracht te krijgen tussen de beide toestellen waarvan de impedantie onderling sterk verschilt. Een gewone luidspreker is meestal zeer laagohmig (5—15 Ω). De trafo heeft als nadeel dat door zijn metalen kern weer enige vervorming wordt geïntroduceerd.

Met speciale (transistor)schakelingen kan een betrekkelijk gunstige aanpassingsverhouding bereikt worden zodat geen uitgangstransformator behoeft te worden toegepast.

< >