Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Tweede

betekenis & definitie

I. bn., rangtelw.,

1. komend na de of het eerste: zijn tweede kind; (zelfst,)jij bent de tweede, de tweede

persoon; ten tweede, in de tweede plaats, na het eerste;

2. ter aanduiding van een herhaling of verdubbeling: gewoonte is een tweede natuur, heeft dezelfde kracht als de natuur; in de zin van naast een ander in gebruik: een tweede woning; (sport) hij werd tweede, volgend op de winnaar; tweede garnituur, keus, niet de beste;

II. zn.,

1. o. (-n), tweede gedeelte, de helft: anderhalf is gelijk aan drie tweeden.

< >