Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Teren

betekenis & definitie

I.(teerde, heeft geteerd),

1. in zijn levensonderhoud voorzien, leven; m.n. wat betreft het gebruik van voedsel: op kosten van anderen teren, op zijn vet teren;
2. (gew.) goede sier maken, overdadig leven: teren en smeren.

II.(teerde, heeft geteerd), met teer bestrijken: een schutting teren.