Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 16-06-2020

Straboon

betekenis & definitie

[Gr., de schele], Grieks historicus en geograaf, *ca.63 v.C. Amaseia (Pontus), †20 n.C.

Rome. Straboon bracht een deel van zijn leven te Rome door en bezocht in 25—24 v.C. Egypte. Zijn Hypomnemata historica, die tot 27 v.C. liepen, zijn verloren; bewaard is grotendeels het grote aardrijkskundige werk Geographika (17 boeken), een combinatie van geschiedenis en aardrijkskunde voor de ontwikkelden van die tijd, bewerkt naar oudere Griekse bronnen (➝Poseidonios). Straboon is vooral topograaf; als taak stelde hij zich een beschrijving van de aarde, voorzover deze schouwtoneel van menselijk leven was; vandaar dat zijn werk rijk is aan historische en mythografische uitweidingen en een rijke bron vormt voor de beschavingsgeschiedenis van de oudheid.Uitgaven: The geography of Strabo, door H.L. Jones (8 dln. 1917-32).

LITT. G.Aujac, Strabon et la Science de son temps (1966).

< >