Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2022

Scheen

betekenis & definitie

v./m. (schenen),

1. voorzijde van het onderbeen, waar de huid vlak over het been ligt; een blauwe scheen krijgen, lopen, door een meisje afgewezen worden; iemand iets voor de schenen werpen, het hem verwijten; iemand het vuur na aan de schenen leggen, hem in het nauw brengen brengen, een uitspraak of bekentenis afdwingen;
2. (techniek) band of strook ter beschutting tegen stoten of schuren, b.v. langs een traptrede.

< >