Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2021

manier

betekenis & definitie

v./m. (—en),

wijze waarop men iets doet of waarop iets verricht kan worden, wijze van handelen of doen: hij loopt op een eigenaardige manier; op die manier zul je niet veel verder komen, als je zó handelt; o, op dié (zo’n) manier !, o, nu begrijp ik uw bedoeling; op zijn (haar) manier, naar zijn (haar) eigenaardige opvatting: hij is ook weleens vriendelijk op zijn manier; dat is geen manier van doen, dat is heel onbehoorlijk; zo zijn onze manieren, (iron.) als iemand zich onhebbelijk gedraagt; (mv.) wijze van zich te houden of te gedragen in de omgang: wat zijn dat voor manieren?; nette, goede manieren; (in absoluut gebruik) goede manieren: hij heeft geen manieren; gewoonte, gebruik: dat is hier zo de manier.