Wat is de betekenis van manier?

2024-10-12
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-10-12
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

manier

manier - Zelfstandignaamwoord 1. de handelswijze De manier waarop je mij aanspreekt staat mij niet aan. Woordherkomst afkomstig van: Middelnederlands: maniere Oudfrans: meniere Latijns: manaria

2024-10-12
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

manier

manier - zelfstandig naamwoord uitspraak: ma-nier 1. hoe het gebeurt of hoe je het moet doen ♢wat is de beste manier om een appel te schillen? 1. dat is geen manier van doen [geen fatsoenlijk gedra...

2024-10-12
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

manier

- zijn manieren houden, zich netjes gedragen. ‘Sigaretten worden uitgeduwd op onze pvc-ramen. Die jongeren mogen hier zitten, maar ze moeten hun manieren houden’, aldus Willy en Mariella. - HN, 17-09-2002.

2024-10-12
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

manier

wyse van doen of handel; gewoonte, gebruik.

2024-10-12
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Manier

s., manear, manier, wize; dal is geenvan doen, dat is gjin wizânsje, gjin spul, gjin wurk, gjin dwaen (al)lyk; op zo’n —, op sa’n foet, yn sa’n foech; het gaat op een andere —, it giet in oare wei út; het moet op die —, dy wei moat it ú...

2024-10-12
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Manier

I. behandelen, hanteren, voeren [degen]; door de handen laten gaan, omgaan (omspringen) met; betasten; leiden, beheren, besturen, regeren [een paard]; bien manier la parole, goed zijn woord doen; II. het aanvoelen; au manier, bij 't aanvoelen; op de tast.

2024-10-12
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Manier

gemaniëreerdheid.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-10-12
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)