Japans eiland in het noorden, door de Straat van Sjimonoseki van Honsjoe gescheiden, 40500 km2, 12159000 inw. Het eiland bevat talrijke, voor een deel nog werkzame vulkanen.
De vulkaan de Aso (1592 m) heeft de grootste caldera (255 km2) ter wereld; hierin bevinden zich vijf vulkaankegels. Tussen de bergen bevinden zich laaggelegen alluviale vlakten waar intensieve rijstbouw wordt bedreven, die op de bevloeide velden twee oogsten per jaar oplevert. Kioesjoe heeft een warm en vochtig klimaat. Op de zuidpunt is in de warmste maand (aug.) de gemiddelde temperatuur 27 °C. In de natste maand (juni) valt er 500 mm neerslag. De bosbouw (altijd-groene loofbomen) is een belangrijk bestaansmiddel. De landbouw levert rijst, graan, groente, thee en tabak.De korte rivieren hebben een groot verval en lenen zich voor de aanleg van hydro-elektrische centrales. Van grotere betekenis voor de energievoorziening zijn de steenkoolvelden in het bekken van Foekoeoka (exploitabele voorraad 1348 mln. t), waar ook grote hoeveelheden ijzererts worden aangetroffen. De metaalindustrie is van groot belang (het Japanse Ruhrgebied). Naast de metallurgie moeten de textielen porseleinindustrie genoemd worden. Aan de westkust is de visserij van belang. Kioesjoe is door twee tunnels met Honsjoe verbonden.
