o. (-en), maat voor het verontreinigend vermogen van industrieel afvalwater.
(e) In Nederland is het inwonerequivalent gebaseerd op het →biochemisch zuurstofverbruik van menselijke afvalstoffen en wordt traditioneel gesteld op 54 g/dag vóór en 35 g/dag na bezinking, telkens bepaald gedurende 5 dagen bij 20 °C.
De Belg. wetgeving gebruikt de term eenheid verontreinigende belasting; deze betreft: 180 1 afvalwater met een gehalte aan stoffen in suspensie van 500 mg/1, een biochemische zuurstofbehoefte van 300 mg/1 gedurende 5 dagen, een chemische zuurstofbehoefte van 750 mg/1 en een gehalte aan Kjeldahlstikstof van 55 mg/1 (KB 23.1.1974).