Heinrich, Duits politicus, *7.10.1900 München, ♱(zelfm.) 23.5.1945 Lüneburg. Himmler diende aan het eind van de Eerste Wereldoorlog als vaandrig en,studeerde daarna agronomie.
Hij werd lid van een paramilitaire organisatie en van de Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei; hij nam deel aan de mislukte putsch van 1923. In 1929 werd hij door Adolf Hitler tot commandant van de Schutzstaffel (ss) benoemd. Himmler breidde tussen 1929-45 de ss uit tot een aparte staat in het Duitse rijk, zowel belichaming als instrument van de nazistische rassentheorieën. Na de beknotting van de invloed der Sturmabteilungen (SA) en Himmlers geleidelijke overneming van de politionele macht (1933-36) was Himmler na Hitler de machtigste nazileider. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Himmler in 1943 minister van Binnenlandse Zaken en in juli 1944 (na de mislukte aanslag op Hitler) commandant van de binnenlandse reservestrijdkrachten. Zowel de leiding van de concentratiekampen als het oppercommando van de Waffen-ss, die rivaliseerde met de officiële Wehrmacht, berustte bij hem.
In de laatste maanden van de oorlog bekleedde Himmler tevens frontcommandos. Toen hij in apr. 1945 meende dat de westelijke Geallieerden serieus met hem zouden willen onderhandelen, viel hij wegens zijn eigenmachtige stappen bij Hitler in ongenade. In 1945 werd hij tijdens een poging tot vluchten door de Geallieerden gevangengenomen. Himmler was een fanatiek aanhanger en onderzoeker van de nationaal-socialistische rassentheorie. Hij leidde de massamoorden onder joden, Polen en Russen. LiTT. R.Manville en H.Fraenkel, H.Himmler (1965); H.Höhne, Orden unter dem Totenkopf (1967); J.Ackermann, Himmler als Ideologe (1970); B.F.Smith, H.Himmler, 1900-26 (1971).