Russisch vorst, *13. 6.1665, ♱25.4.1737. Golitsyn ging in 1697 voor militaire opleiding naar Italië, nam daarna deel aan de Grote Noordse Oorlog (1700-21) en werd lid van de Senaat.
Na tsaar Peter de Grotes dood werd hij de voornaamste aanvoerder van de adelspartij, die de monarchale macht wilde beknotten. Bij de troonsbestijging van Anna Ivanovna (1730) dwong hij haar tot ondertekening van een grondwet die de macht in handen legde van de Opperste Geheime Raad, waarvan hij zelf voorzitter was. Anna bracht hem in 1736 ten val. Golitsyn stierf in de gevangenis.
