Gaius Aurelius Valerius, keizer van het ROMEINSE RIJK (284-305), *ca.240 in lllyrië, ♱316 Salona (Split); zoon van een vrijgelaten slaaf. Diocletianus klom van gewoon soldaat op tot commandant van Moesia en werd daarna bevelhebber van de lijfwacht van keizer Numerianus.
In 284 werd hij door het leger tot keizer uitgeroepen om diens dood te wreken; in 285 had hij alle andere troonpretendenten verslagen. Met hem eindigt de periode der soldatenkeizers.Diocletianus herstelde de orde in het rijk. Hij meende echter, dat het rijk te groot was om vanuit één punt bestuurd te kunnen worden en benoemde daarom zijn strijdmakker Maximianus eerst tot onderkeizer (caesar) en weldra tot medekeizer (augustus) in 286. In 293 voltooide hij de hervorming van het keizerschap door de benoeming van twee caesaren, zie Galerius en Constantius Chlorus, met recht van opvolging. Verder systematiseerde hij bestaande tendenties door de invoering van een sacraal despotisme met een oosters hofceremonieel. De macht van de Senaat en de magistraten werd definitief beknot. Er kwam een nieuwe indeling van het rijk, in 101 provincies, die gegroepeerd werden in twaalf diocesen, elk onder een vicarius uit de ridderstand.
De provinciale stadhouders verloren hun militair gezag aan legerhoofden (duces). Italië werd volkomen gelijkgesteld met andere provincies: de bewoners moesten nu ook grondbelasting (iugatio) betalen. De belastingdruk werd aanzienlijk verzwaard wegens de kosten van leger en bureaucratie. Velen waren daarom geneigd hun grond of beroep op te geven, hetgeen Diocletianus verhinderde door de bepaling, dat niemand van beroep mocht veranderen. Prijsopdrijving ging Diocletianus tegen door een decreet over maximumprijzen. Zo ontstond een soort staatsdirigisme.
Diocletianus schreef het verval van de Romeinse macht toe aan de verwaarlozing van de oude goden. Lange tijd heeft hij geaarzeld om iets tegen de christenen te ondernemen. In 303 echter vaardigde hij vier scherpe edicten tegen hen uit, die in het hele rijk een vervolging deden ontstaan, heviger en systematischer dan alle voorafgaande. In 305 deden Diocletianus en Maximianus afstand van de regering ten gunste van de twee caesaren, die als augusti zelf weer twee onderkeizers aanwezen. Diocletianus trok zich terug in zijn paleis te Salona en hield zich afzijdig van de bloedige troonstrijd, die weldra losbarstte.
Diocletianus ontwikkelde een grote activiteit op het gebied van bouw van monumenten. Na de brand te Rome (283) liet hij de gebouwen op het Forum Romanum herstellen, o.a. de Curia Julia (zie curia) en de Basilica Julia. De thermen van Diocletianus, ingewijd in 306, zijn de grootste van de keizerthermen. Het complex besloeg 356 m x 316 m. In de museumhallen van het erin gevestigde Museo Nazionale Romano zijn de oude badvertrekken nog te herkennen; het tepidarium werd in 1563 door Michelangelo verbouwd tot de kerk Santa Maria degli Angeli. Diocletianus liet een reusachtig paleis bouwen te Salona (zie Split).
In zijn tijd werd ook gebouwd de villa te Piazza Armerina voor de medekeizer Maximianus. De eenheid van de tetrarchie werd uitgebeeld op een porfieren reliëf (300—305), afkomstig van het keizerlijk paleis te Konstantinopel, thans in de San Marco te Venetië. Ter gelegenheid van zijn 20-jarig regeringsjubileum liet Diocletianus een vijfzuilenmonument oprichten op het Forum Romanum. Hiervan is de basis over, versierd met reliëfs die een offerscene uitbeelden.
LITT. K.Stade, Der Politiker Diokletian und die letzte grosse Christenverfolgung (1926); W.Seston, Dioclétien et la tétrarchie (1946); D.van Berchem, L’armée de Dioclétien et la réforme constantinienne (1952); A.H.M.Jones, The later Roman empire (3 dln. 1964); H.Kahler, Das Fünfsaulendenkmal für die Tetrarchen auf dem Forum Romanum (1964); S.Laaffer, Das Preisedikt Diokletians (1970); M.Giacchero, Edictum Diocletiani (kritische uitg., 2 dln., 1974).