Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Diep (zelfst.nmv.)

betekenis & definitie

zn. o. (-en),

1. plaats waar het water diep is; het grondloze -, de zee;
2. het binnenste: het diep van het woud;
3. vaarwater, vaargeul, m.n. tussen wadden, zandbanken, schorren; kanaal, vaart, m.n. in de noordelijke provinciën: het Damster Diep.

< >