Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-07-2019

Cobden

betekenis & definitie

Richard, Engels politicus, *3.6.1804 Dunford (Sussex), ♰2.4.1865 Londen. Cobden was oprichter van een katoendrukkerij, die hem de middelen verschafte een langdurige campagne tegen de →Corn Laws te beginnen.

Zijn streven tot afschaffing daarvan werd krachtig door de industrie gesteund: in 1839 ontstond de Anti-Cornlaw-League. In 1841 werd Cobden naar het Lagerhuis afgevaardigd, waar het hem jaren strijd kostte vóór de graanwetten in 1846 door →Peel werden afgeschaft. In het parlement bleef Cobden daarna ijveren voor uitbreiding van het kiesrecht, bezuiniging van de staatsuitgaven en voor een principiële vredespolitiek. Hij was tegenstander van de Krimoorlog en van optreden tegen China (1857) en koos in de Amerikaanse Secessieoorlog partij voor de Noordelijken. In 1860 bracht hij het zgn. Cobden-traktaat met Frankrijk tot stand, waarmee een periode van vrijhandel werd ingeluid.

Dit verdrag steunde op het principe van wederkerigheid. De zogenaamde clausule van de meest begunstigde natie werd voor het eerst in een handelsverdrag opgenomen. Na zijn dood werd de Cobden-club opgericht (1866), die sindsdien Cobdens beginselen op economisch en politiek gebied heeft uitgedragen. Werk: Russia (1836). Uitgave: Political writings of R.Cobden (1878). LITT. J.Morley, Life of R.Cobden (1882); J.Bowen, Cobden (1935); M.Visser, Leven van W.

Gladstone en R.Cobden (1946); J.W.Osborne, R. Cobden (1966).

< >