I. tw., woord dat het geluid van een zwaar neervallend lichaam of een ander dof geluid nabootst; uitroep bij het zien, horen of vertellen van iets plotselings of onverwachts;
II.. zn. m. (bonzen),1.stoot, klap, slag (als handeling of als geluid); de bons krijgen, zijn afscheid krijgen, afgewezen worden;
m. n. van vrijers die door hun meisjes afgezegd worden; iemand de bons geven, afwijzen, heenzenden, ontslaan.