v./m. (-en), schuld die is gemaakt om tot de vereffening van een boedel (b.v. nalatenschap, faillissement) te komen, of in het kader van die vereffening gemaakt.
Boedelschulden zijn bevoorrecht boven andere vorderingen op de boedel. In het bijzonder in het faillissementsrecht en bij de aanvaarding onder het voorrecht van boedelbeschrijving is de vraag of een uitgave tot de boedelschulden behoort, belangrijk. Volgens art. 180 Ned. Faill.W. behoort de uitdelingslijst te bevatten een staat van ontvangsten en uitgaven (of boedelschulden). Deze uitgaven (waaronder begrepen het salaris van de curator) zijn de kosten van het beheer en de boedelredding en enkele schulden die door de wet tot boedelschulden worden verklaard. Zij worden als zodanig op de uitdelingslijst geplaatst vóór de verdeling onder de preferente en concurrente schuldeisers en worden bij voorrang boven alle andere schulden voldaan.
Vgl. artt. 1087 Ned. BW, 28,39, 40,182 Ned. Faill. W., artt. 461 en 529 Belg. WvK.