Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 30-05-2019

Bloot

betekenis & definitie

bn. en bw. (bloter, -st),

1. (met betrekking tot het lichaam) zonder bedekking, zonder kleren, onbedekt: blote armen; in zijn blote hoofd; op zijn blote benen (voeten) lopen; je zult er mij nog op je blote knieën voor danken, er ten zeerste dankbaar voor zijn; ik doe het op mijn blote voetjes, scherts, gebruikt bij sommige kaartspelen, wanneer men zonder roem speelt; iemand tot het blote hemd toe uitkleden, geheel en al; (zelfst., gemeenz.) iemand voor de blote (nl. billen) komen, geven, voor de billen slaan; voor de blote krijgen, berispt worden; (overdr.) een blote jurk, die veel onbedekt laat; (zelfst. gebruikt) met veel vertoon van bloot, blote lichamen of lichaamsdelen;
2. (bij uitbreiding) zonder dek of bedekking: onder de blote hemel, in de open lucht; op de blote grond slapen, niet op een bed; het blote zwaard, uit de schede getrokken; bloot paard rijden, zonder zadel; blote geleiding, elektrische draad of geleiding zonder bekleding;
3. zonder enig hulpmiddel of wapen: met het blote oog iets waarnemen, zonder vergrootglas of verrekijker;
4. enkel, eenvoudig, zonder meer: iemand de blote waarheid mededelen, niets meer dan de waarheid; dit is geen blote herdruk; een bloot vermoeden, niets meer dan een vermoeden; een bloot toeval, zuiver toeval; hij heeft het blote toezien, hij mag ernaar kijken; de blote eigenaar, de eigenaar van een zaak waarvan een ander het vruchtgebruik heeft; blote eigendom; een blote bewering, ongemotiveerd, op niets berustende, door niets bewezen; bw.: bloot uit belangstelling, enkel; hij was niet bloot een geleerde, niet alleen; bloot uit nieuwsgierigheid, uit niets anders;
5. open, ‘blak’: de zee open en bloot voor zich zien; de stad ligt daar open en bloot; het ligt open en bloot voor u.

De term bloot komt men in het recht als een letterlijke vertaling van het Latijnse woord nudus vooral tegen in samenstellingen als blote eigenaar, blote eigendom, teneinde een beperking van het eigendomsrecht aan te geven, die het gevolg is van een op de eigendom drukkend, beperkt zakelijk recht, b.v. het recht van vruchtgebruik of erfpacht (zie beschikking). In de procesrechtelijke sfeer wordt gesproken over een blote ontkenning, indien de beweringen van de tegenpartij worden tegengesproken zonder aanbod deze tegenspraak met bewijzen te staven.