v./m. (-n, -s),
1. troep, thans uitsluitend ongunstig: een bende dieven; (geschiedenis) troep soldaten; de zwarte bende, het flessentrekkersgilde;
2. het is daar een echte -, het gaat daar zeer onordelijk toe; ook: het is er een verschrikkelijke rommel;
3. (spreektaal; niet ong.) groot aantal: hij heeft een hele bende kinderen; bendes boeken; (jagersterm) een patrijzen, een koppel patrijzen.