Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Barometer

betekenis & definitie

[Gr. barys, zwaar, metrein, meten], m. (-s), toestel waarmee de druk van de dampkringslucht wordt gemeten.

De barometer die direct de druk van de buitenlucht aangeeft is de kwikbarometer of buis van Torricelli. Deze bestaat in principe uit een glazen buis ter lengte van ca. 90 cm, die aan de bovenzijde gesloten is en rechtop in een bak met kwik staat. De ruimte boven het kwik in de buis is luchtledig. Het hoogteverschil tussen de beide kwikniveaus geeft de atmosferische druk aan. Een veel voorkomende barometer is de metaalbarometer (ook aneroïde barometer).

Het eigenlijke meetelement hierin is een platte metalen doos met gegolfde en daardoor veerkrachtige onder- en bovendeksels. De doos is luchtledig gepompt en afgesloten. Het indrukken van de deksels door de atmosferische druk wordt tegengegaan door een veer. Bij een variatie van de luchtdruk zal het bovendeksel zich iets ten opzichte van het onderdeksel verplaatsen. Via een systeem van hefboompjes worden deze verplaatsingen door middel van een wijzer afleesbaar gemaakt.

In de meteorologie zijn de oude kwikbarometers vrijwel geheel verdrongen door kwikbarometers met een vaste gereduceerde schaal en een vaste kwikbak. De schaalreductie wordt bepaald door de verhouding van de oppervlakken van de doorsneden van buis en bak. Deze verhouding wordt zo gekozen dat men op de gereduceerde schaal direct de werkelijke lengte van de kwikkolom afleest in mm (afb.). Om de nauwkeurige waarde van de luchtdruk te krijgen moet men correcties toepassen voor de hoogte boven zeeniveau, de capillariteit, de temperatuur en de zwaartekracht. Omgekeerd is uit de gemeten luchtdruk de hoogte af te leiden (zie barometrische hoogtemeting).

De metaalbarometers zijn minder nauwkeurig en minder betrouwbaar dan de kwikbarometers. Omdat zij echter aanmerkelijk lichter zijn dan deze laatste worden zij gebruikt in meteorograaf en radiosonde. Zij dienen tevens als barograaf, d.i. een registrerende barometer, waarin de wijzer vervangen is door een pen, die schrijft op een draaiende trommel (afb.). De aldus verkregen grafiek van het verloop van de luchtdruk noemt men barogram. Men is vaak gewoon, de stand van de barometer met de te verwachten weersgesteldheid in verband te brengen. Daarbij moet men echter bedenken dat het weer niet zozeer van de luchtdruk zelf afhangt, maar van de luchtdrukverdeling en van verschillende andere factoren.

Zodoende kan een barometer alleen geen betrouwbare weersverwachting opleveren. Wel zijn de neerslagkansen kleiner te noemen naar gelang de stand van de barometer hoger is.

< >