Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 22-12-2018

Aafjes

betekenis & definitie

Aafjes, Lambertus Jacobus Johannes (Bertus), Ned. letterkundige, *12.5.1914 Amsterdam. Aafjes ontving aanvankelijk een priesteropleiding, studeerde daarna enige tijd archeologie in Rome en wijdde zich vervolgens geheel aan letterkundig en journalistiek werk. Aafjes debuteerde als dichter in 1940 met Het gevecht met de muze (in 1965 onder dezelfde titel tezamen met Het zanduur van den dood, 1941, herdrukt) en verwierf in 1946 nationale bekendheid met zijn grote gedicht Een voetreis naar Rome, een romantisch poëtisch reisverslag dat vele herdrukken beleefde.

In 1953 verscheen zijn dichtbundel De karavaan en daarna publiceerde Aafjes vrijwel uitsluitend nog reisbeschrijvingen, vnl. van het Middellandse Zeegebied (in 1963 in Omnibus verzameld), (poëzie)vertalingen, o.a. een zeer leesbare van -»-Homeros’ Odyssee (1964), en kinderboeken. Bekendheid verwierven zijn ‘rechter-Ooka-detectiveverhalen’; als boekenweekgeschenk 1973 verscheen Een lampion voor een blinde, waarin deze Japanse rechter eveneens een hoofdrol speelt. Werken: Verzamelde Gedichten (1947), De reis van Sinte Brandaan (1949), een herdichting, Het gevecht met de muze (verzamelde gedichten 1974). LITT. K.Jonckheere, Bertus Aafjes, de dichter van de poëzie (1952); W.Diemer, Bronnenboekje (1959); Ed.Hoornik, Over en weer (1962); J.de Ceulaer, Te gast bij Ned. auteurs (1966).