Onze Taal Woordpost

Genootschap Onze Taal (2020)

Gepubliceerd op 25-01-2021

vergasten

betekenis & definitie

UIT:
Zolang ik de vogels hoor ... (Bart Brinckman, De Standaard, 16 april 2010)

CONTEXT:
Van Rompuy hoopt evenwel dat hij niet als dichter, maar vooral als politicus de geschiedenis in zal gaan. En hij VERGASTTE zijn publiek op zijn jongste pennenvrucht, geschreven net na zijn thuiskomst van de Nuclear Security Summit, waar hij als Europees voorzitter de Amerikaanse president Barack Obama de hand drukte.

:
onthalen (op), trakteren

UITSPRAAK:
[vuhr-gas-tuhn]

WOORDFEIT:
In vergasten zit het woord gast. Aanvankelijk kon je vergasten gebruiken als je zelf te gast was: vergasten betekende 'op bezoek gaan', in het bijzonder om bij iemand te eten. Inmiddels is de betekenis omgekeerd: vergasten wordt nu gebruikt wanneer je iemand anders als gast onthaalt of hem onthaalt op een maaltijd, een speech of een gedicht.
(Let op dat dit werkwoord in de verleden tijd dubbel t krijgt: hij vergastte. De verledentijdsvorm vergaste komt van het werkwoord vergassen.)