Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Gepubliceerd op 14-06-2017

Kaderbrief

betekenis & definitie

Kaderbrief - brief van de minister van Financiën aan zijn collega’s waarin de financiële toestand van het land wordt beschreven. Tevens bevat de kaderbrief aanwijzingen om te vermijden dat er onvoorziene tekorten op de rijksbegroting ontstaan en voorstellen voor eventuele bijkomende bezuinigingen. → hangpuntenbrief.

Kaderbrief: Brief van de minister van Financiën aan de ministerraad waarin deze in het kader van de begrotingsvoorbereiding voorstellen doet voor het totale bezuinigingsbedrag in het komende jaar. Vroeger werd deze brief de streefcijfernota genoemd. Marco Bunge: Politiek woordenboek, 1985

Maar in de CDA-fractie, de grootste regeringspartij, stuit zo’n ‘fluwelen ontkoppeling’ op de grootst mogelijke bezwaren. Fractieleider Brinkman heeft dit zijn partijgenoot De Vries al voor vrijdag laten weten. Het kabinet sprak gisteren officieel over de zogeheten kaderbrief. Het is een stuk waarin de minister van Financiën al vroeg in het jaar de grove contouren schetst van de nieuwe begroting. de Volkskrant, 11-04-92

Eind maart stuurde de minister van financiën de gebruikelijke Kaderbrief aan zijn collega’s in de ministerraad. Deze nota vormt telkenjare de start van de onderhandelingen over de nieuwe rijksbegroting en brengt de financiële speelruimte voor het kabinet in kaart. Zelden hebben moeizame deliberaties over een Kaderbrief tot zulke onduidelijke besluiten geleid als het afgelopen voorjaar het geval was. Intermagazine, juni 1992

De Kaderbrief van vice-premier Kok over het financieel-economisch beleid in 1994 stoelt op een aantal goed verdedigbare uitgangspunten. de Volkskrant, 26-03-93

Kaderbrief: Brief die de minister van financiën in februari of maart stuurt aan zijn collega-bewindslieden. Hierin geeft hij het kader aan, de grote lijnen waarbinnen de begrotingen van de afzonderlijke ministers moeten blijven. Hij geeft aan hoeveel er bezuinigd moet worden en hoeveel geld beschikbaar is voor nieuwe plannen. Op basis van deze brief besluit de ministerraad, in maart of april, over de hoofdlijnen van de nieuwe begroting. Roelof Bos: Politiek woordenboek, 1993

Maar Netelenbos lichtte geen tip van de sluier op, omdat de onderhandelingen over de Kaderbrief in het kabinet nog niet zijn afgerond. Trouw, 11-04-97

Ambtenaren op diverse departementen werken dan aan de zogeheten Kaderbrief. In deze nota wordt een prognose gemaakt van de te verwachten financiële problemen voor het komende begrotingsjaar. Emile Bode en Menzo Willems: Binnenhofbargoens, 1997