PERRENOT (Thomas), heer van Chantonnay, Granvelle, le Perrenot enz., graaf van Cantecroix, tweede zoon van Nicolas Perrenot, geb. te Besançon 5 Jun. 1521, overl. aldaar Febr. 1571, broeder der voorgaanden. Gewoonlijk wordt hij Chantonnay genoemd; het landschap Cantecroix verkreeg hij van zijn broeder, den kardinaal van Granvelle en door Philips II werd het tot een graafschap verheven.
Hij was gentilhomme de la bouche bij Karel V en stond bij dezen in groote gunst. Bij zijn huwelijk met Helena van Brederode, dochter van Reinoud van Brederode, dat op 13 Sept. 1549 te Antwerpen met buitengewonen luister gevierd werd, waren Karel V en zijne beide zusters, de koninginnen Maria en Eleonora tegenwoordig. Hij was lid van den Raad van State in de Nederlanden, werd verschillende malen als gezant naar Engeland en Duitschland gezonden en was van 1559 tot 1564 gezant in Frankrijk. Hij was daar echter bij Catharina de Medici niet gewild wegens zijn aanmatigende houding, zoodat Philips II hem als gezant bij keizer Maximiliaan II naar Weenen verplaatste. Op de reis daarheen begeleidde hij zijn broeder, den kardinaal, bij diens vertrek uit Brussel naar Besançon. Van 1565 tot 1570 was Chantonnay te Weenen gevestigd, waar hij de goede verstandhouding tusschen de beide takken van het huis Habsburg trachtte te handhaven.
Daarna werd hij gouverneur van Antwerpen. Zijn zoon Octave sneuvelde in 1574 in het zeegevecht tegen de Geuzen bij Reimerswaal. Andere zoons waren Nicolas, François en Jean Thomas, welke laatste op de Onoverwi nl ijke Vloot omkwam. Eene dochter Petronell e huwde met Antoine d'O iselay, baron van Villeneuve.
Over Chantonnay zie de bovengenoemde uitgaven: Archives de la maison d'Orange (ser. I); Papiers d'état du Cardinal de Granvelle en Correspondance du Cardinal de Granvelle; Gachard's uitgaven: Correspondance de Philippe II en La Bibliothèque nationale a Paris (Brux. 1875-77,2 vol.); de Coleccion de doc inéd. para la hist de Espana (zie de verwijzingen van Bussemaker in Nyhoffs Bijdr. 3e R. IX, 363 vlg.); Lettres de Catharina de Médicis, publ. par H.de La Ferrière I, II; Mémoires de Condé (Londres 1743), de bovengenoemde Mémoires van Prosper Levêque; Verspreide Geschriftenvan Fruin V, 328 vlg.; Rachfahl, Wilhelm von Oranien bd. II: 1 (Halle 1907).
Haak
