NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Heckenhoeck, adriaen

betekenis & definitie

HECKENHOECK (Adriaen), ged. te Dordrecht 6 October 1697, was de zoon van Adriaen Heckenhoeck, notaris, en Anna van Tricht. Hij ontving eerst onderwijs aan de Dordtsche Illustre School, die hij in 1716 verliet meteen latijnsche redevoering tot lof van Constantijn den Groote, die daarna door hem in het Nederlandsch vertaald werd en uitgegeven.

< >