DOORMAN (Johannes Diedericus), geb. te 's Gravenhage 15 Mei 1865, overl. te Leiden 9 Nov. 1898. In Juni 1890 bevorderd tot arts, is hij later opgetreden als inwonend assistent in het academisch ziekenhuis te Leiden op de afdeeling van den hoogleeraar in de verloskunde, H.
Treub. In April 1892 werd hij, terwijl hij als geneeskundige te Leiden gevestigd was, benoemd tot uitwonend assistent van denzelfden hoogleeraar, waarbij hem werd opgedragen de studenten behulpzaam te zijn in de verloskundige polikliniek en bij de oefeningen op het phantoom. 6 Febr. 1893 promoveerde hij cum laude tot doctor in de geneeskunde na verdediging van een proefschrift, getiteld: De vasthechting van de kiemblaas aan den uteruswand bij hetkonijn (Leiden 1893). Tot in het jaar 1897 bleef hij als uitwonend assistent werkzaam en bij het neerleggen van deze betrekking mocht hij den dank van de studenten ontvangen voor de wijze, waarop hij zijne moeilijke taak had waargenomen.Op wetenschappelijk gebied leverde hij verschillende bijdragen:
Een tumor in hetligamentum rotundum in Ned. Tijds. v. Verloskunde en Gynaecologie III (1891) 165; Casuistischebijdragen, ibid. IV (1892) 16; De behandeling van ruptura uteri durante partu, ibid. V (1894) 40; Ruptura uteri durante partu, ibid. V (1894) 281; Conservatieve sectio caesarea met verwijdering van een in het kleine bekken ver-
groeid subsereus fibromyoma uteri in Ned. Tijds. v. Geneesk. 1895, II, 620; Synclitisme en asynclitisme van den schedel op de bekkeningang in Ned. Tijds. v. Verlosk. en Gynaec. VI (1895) 225; De vasthechting van de kiemblaas aan den uteruswand van het konijn, ibid.
VII (1896) 25; Baring bij een algemeen te klein en in de dwarse afmeting vernauwd scoliotisch bekken in Ned. Tijds. v. Geneesk. 1898, I, 886.
Simon Thomas
