bestoken - regelmatig werkwoord
uitspraak: be-sto-ken
1. proberen door vechten van iemand te winnen
♢ de soldaten bestookten de stad van alle kanten
1. met vragen bestoken
[aanvallen door vragen te stellen]
Regelmatig werkwoord: be-sto-ken
ik bestook
jij/u bestookt
hij/zij bestookt
wij/zij/jullie bestoken
ik/jij/u/hij/zij bestookte
wij/zij/jullie bestookten
hij heeft bestookt
de/het/een bestookte ....
Synoniemen
aanvallen, bestormen
Tegenstellingen
verdedigen, weren
Gepubliceerd op 14-11-2017
bestoken
betekenis & definitie