stad - zelfstandig naamwoord
1. grote plaats waar veel mensen wonen
♢ Amsterdam en Rotterdam zijn steden
1. we gaan de stad in
[naar het centrum om te winkelen]
2. ik heb er stad en land voor afgelopen
[ik heb er overal naar gezocht]
3. in de stad eten
[buitenshuis eten]
4. stad en land af lopen
[overal heen gaan]
Zelfstandig naamwoord: stad
de stad
de steden
het stadje
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk