(Jan de Bakkerstraat 13) is een driebeukige schuilkerk in gotiserende trant, in 1646 gebouwd achter een vroeg-15de-eeuws woonhuis. De achtergevel, met grote spitsboogvensters en jaarankers, stond oorspronkelijk aan de stadswal (nu Nieuwstraat).
In 1792 werd het gebouw vergroot met een dienstwoning aan de Achterstraat en een nieuwe ingang met classicistisch portaal in het huis aan de voorzijde. Boven het portaal prijkt een windwijzer met zwaan, het symbool voor de lutheranen. In de 19de eeuw werd de gevel bepleisterd en voorzien van natuursteenimitatie. De kerk heeft houten tongewelven met trekbalken en korbeelstellen. De stijlen van de korbeelstellen hebben de vorm van forse houten zuilen met basementen en kapitelen. In de kerk staat een preekstoel uit omstreeks 1675, met gesneden guirlandes en wapenschildjes op de hoeken van de kuip.
De schildjes dragen de gesneden afbeeldingen van de vier evangelisten en van Mozes, Aäron en Luther en verder enkele familiewapens, waarschijnlijk van schenkers aan de kerk. De koperen lezenaars en doopbogen stammen uit de 18de eeuw. Het orgel uit 1846 is van de firma Bätz.