Monumenten in Nederland: Overijssel

R. Stenvert, C. Kolman en Ben Olde Meierink (1998)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Overige industriegebouwen in Hengelo

betekenis & definitie

Overige industriegebouwen. Op één naoorlogse textielfabriek na resteren geen sporen van de textielindustrie.

Van de in 1879 opgerichte Hengelosche Bierbrouwerij van H. Meyling en J.H.

Barteling (Brouwerijstraat 47-51) is nog wel wat bewaard gebleven, waaronder het 1894 door J. van der Goot en C.J. Kruisweg ontworpen kantoorgebouw in neorenaissance-vormen en een pakhuis met jugendstil-elementen uit 1900.

Van de houthandel Hutonie D.O.H. (Enschedesestraat 166) staat er nog een fabriekshal met expressionistische details uit 1923. In 1900 lieten R.W.H.

Hofstede Crull en W. Willink aan de Bornsestraat een elektriciteitsstation bouwen waaruit in 1908 de Heemaf ontstond.

In 1917 werd de fabriek verbouwd en aan de achterzijde uitgebreid met een inmiddels gesloopt gedeelte. Het pand aan de voorzijde (Bornsestraat 7) werd in 1932 herbouwd in betonskeletbouw en huisvest nu Hengelo's Educatief Industriemuseum.

Het ernaast gelegen kantoorgebouw van de Heemaf (Bornsestraat 3) met zijn gebogen betondak en lagere voorbouw werd omstreeks 1940 gebouwd.

De in 1907 opgerichte fabriek van F.

Hazemeyer ligt ingeklemd tussen de spoorlijnen naar Almelo en naar Delden. De fabrieksgebouwen in betonskeletbouw uit 1917 kwamen tot stand naar ontwerp van A.G.

Beltman; de latere uitbreidingen geschiedden onder leiding van de bedrijfsbouwkundige H.T. Buis, waaronder de betonskeletbouw uit 1928.

Het fabrieksgebouw aan de voorzijde (Tuindorpstraat 61) stamt uit 1939. Het geheel maakt sinds de fusie in 1963 deel uit van de Holec-fabriek.

Aan de zuidzijde van het Twentekanaal verrees in 1948-'49 een nieuw fabrieksgebouw voor de NV Hollandse Signaal (Zuidelijke Havenweg), naar plannen van G. Beltman jr. en vormgegeven door H.W. van Lelyveld.

Het bestaat uit een langgerekt kantoorgebouw met aan de kanaalzijde fabriekshallen. Dit gebouw vormt de kern van het tot een industriecomplex uitgegroeid geheel.

Ter vervanging van de verwoeste fabriek bij het station kwam langs Geerdinksweg en Woolderesweg in 1954-'55 de nieuwe fabriek tot stand van de Koninklijke Weefgoederenfabriek C.T.

Stork & Co.

De constructie, uitgevoerd in voorgespannen beton, bestaat uit langgerekte, geschakelde enkelvoudige schaaldaken. Een dergelijke constructie met grote vrije ruimte, goed geschikt voor brede weefgetouwen, werd hier voor het eerst gebouwd.

Het kwam tot stand naar plannen van G. Beltman jr. en zijn constructeur B.A.

Sassen; de bouw werd uitgevoerd door de Kon. Ned.

Maatschappij voor Havenwerken NV te Amsterdam. Een vergelijkbare fabriek werd in 1956-'57 ontworpen voor de Weverij De Ploeg te Bergeijk.

Aan de voorzijde (Geerdinksweg 201) werd in 1956 een kantoorgebouw toegevoegd naar plannen van G. Beltman jr. en vormgegeven door H.W. van Lelyveld.

Na sloop van het machinehuis biedt het complex nu plaats aan diverse winkels.