Monumenten in Nederland: Gelderland

Sabine Broekhoven, Chris Kolman, Ben Olde Meierink, Ronald Stenvert en Marc Tenten (2000)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Boerderijen in Winterswijk

betekenis & definitie

In het bosrijke kampenlandschap rondom Winterswijk liggen opvallend veel, goed bewaarde hallenhuisboerderijen. Verder zijn er diverse grote herenboerderijen, zogeheten scholteboerderijen.

Een scholte was een hofhorige rentmeester; de scholteboeren ontwikkelden zich in de 19de eeuw tot grootgrondbezitters.De boerderij Moezebrink 2, mogelijk eind 16de eeuw als lös hoes gebouwd, kreeg in de 18de eeuw een scheidingswand. Een 17de-eeuwse kern hebben de hallenhuisboerderijen Wesselink (Wesselinkweg 1) en Bruggers (Bruggersweg 2), met houten topgevel en endskamer. Boerderijen met een 18de-eeuwse kern zijn: Beernink (Beerninkweg 7), Corleseweg 55 (circa 1750), 't Elink (Kottenseweg 79), uit 1760 met deel uit 1926, Meester Meinenweg 3 (1773), De Kleine Horst (Horstweg 8), uit circa 1780, en Vardink (Meester Meinenweg 22), met vernieuwde voorgevel uit 1888 en een zomerhuis uit 1849. Bijzonder fraai in het landschap liggen de boerderijen Onnink (Onninkweg 2), met 18de-eeuwse kern en jaartalankers ‘1850’, en Oossink (Burloseweg 44) uit 1785, met een put uit 1791. De vroeg-19de-eeuwse boerderij Holthuis (Holthuisweg 6) heeft een goed bewaard interieur en een keitjesvloer uit 1873.

Midden-19de-eeuwse hallenhuisboerderijen met vakwerk zijn Stroete (Harkelsweg 10) en Huize 't Leemkamp (Steengroeveweg 1), de laatste dateert uit 1859 en heeft late empire-details. In de gemeente staan nog twee in vakwerk uitgevoerde korenspiekers, beide uit de tweede helft van de 18de eeuw. De eerste is 't Kossink (Kossinkweg 1), een rijzig pand met hoog zadeldak nabij een uit 1863 stammende boerderij. De andere is De Ravenshorst (Ravenshorsterweg 88) die, mogelijk in 1851, aan weerskanten is voorzien van kubbingen. De boerderij Museum Freriks (Groenloseweg 86) is een niet officiële scholteboerderij met dwars woonhuis (1790), schuur (1836) en dwarse voorbouw (circa 1900). De scholteboerderij Boeyink (Ratumseweg 31-33) werd in 1837 gebouwd voor J.H.

Boeijink, maar heeft een gevelsteen uit 1747. Andere voorbeelden van scholteboerderijen zijn: Roerdink (Roerdinkweg 1) uit 1836, Ros (Wooldseweg 84) uit 1846, Hijink (Hijinkhoekweg 10) uit circa 1860, met schuur uit 1829, Krozenbrink (Misterweg 169) uit circa 1870 en Willink (Steengroeveweg 52) uit circa 1875. Een rijk neoclassicistisch voorhuis hebben Stemert (Stemerdinkweg 1-3) uit 1866 en Huize Meenk (Huttenweg 2-4) uit circa 1870, verbouwd in 1912. De uit 1897-'98 daterende boerderij Hones-Hesselink (Honesweg 2) is eclectisch van vorm. Een chalet-sierspant heeft boerderij Harmshis (Wilterdinkweg 2) uit 1903. Het Vriezenhuis (Wooldseweg 119), met neoclassicistisch woongedeelte en jugendstil-details, stamt uit 1905.

Naast deze imposante boerderij staan drie gekoppelde schuren uit 1876. De moderne boerderij Meenkmolenweg 11-13 uit 1932 bestaat uit een villa met aangebouwde stallen naar plannen van J.J. Post.