Trede
v. (-n), (-ën), 1. (deft. stijl) schrede, stap, pas: zij deed enige treden voorwaarts; lichte treden; als maat: een paar treden van hier; 2. ieder der boven elkaar gelegen, terugwijkende vlakken die samen een trap of een stoep vormen, trap: smalle, brede, uitgesleten treden; de derde trede van boven; — spor...