rectus
rectus (-a, -um), - (Lat.) recht.
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
p. a d i. I. eig., recht, via, platea, Com. (vand. fig. rectā viā = zonder omwegen, Ter.), iter, Caes., rectis oculis alqd intueri, met onafgewende blik, Cic. | loodrecht, rechtop, ita iacere talum, ut rectus assistat, Cic., puella, slank, Hor. II. overdr. a. recht, rechtop, quo vobis mentes rectae qua...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Stephanus Axters (1937)
1. Rechtgeordend, JANSSENS, HET MYSTERIE DER VERLOSSING 200. 2. Rechtgeaard, rechtschapen.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: