Wat is de betekenis van ladderen?

2025-07-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ladderen

(is geladderd), (van kousen) ladders (8.) krijgen.

2025-07-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

ladderen

(2009) (inf.) (van mannen) ejaculeren, klaarkomen. Syn.: afgaan*; afromen*; arriveren*; cummen*; geilschieten*; gereedkomen*; aan zijn gerief* komen; van de grond* komen; zijn kloten* legen; zijn kruit* verschieten; van de kruk* afgaan; kwakken*; kwark* blaffen; schieten*; zaadknallen*. • (Seksuele volkstaal en eufemismen op Wikipedia. 2009)...

2025-07-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

ladderen

ladderen - Werkwoord 1. (intr) (kleding) (van kousen) beschadigd raken waardoor een of meer draadjes in een fijn weefsel losraken en een langgerekt patroon van mazen ("ladder") ontstaat Alleen hele dikke kousen ladderen iets minder snel, maar die kousen zijn weer niet in trek omdat ze minder f...

2025-07-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

ladderen

(heeft geladderd), ladders krijgen in een dameskous: die kousen —. (e) Als gevolg van het breken van een draad kan in een gebreid kledingstuk een ladder ontstaan, doordat het lussenverband wordt verbroken. De neiging tot ladderen hangt af van de aard van het verwerkte breigaren (gladheid) en de binding die in het breisel is toegepast. De ladd...

2025-07-29
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten